in Dagelijks

Muscle memory

Afgelopen Sinterklaas kreeg mijn zoon een Rubiks kubus. De bekende zes-kleurige draaipuzzel.

Vroeger had ik er zelf ook één en het was me toen wel eens gelukt — met veel moeite én hulp — om deze een enkele keer op te lossen, waarna het prompt mijn interesse verloor.

Maar deze keer was het anders, want deze keer had ik binnen 2 weken een heuse speedcube gekocht en was ik online algoritmes aan het vergelijken om sneller te worden en was ik videos aan het kijken over hoe je je cube het beste kon smeren. Steeds verder in de rabbithole waarbij de vraag niet meer was: kan ik een kubus oplossen, maar: hoe snel kan ik de kubus oplossen!

De laatste maand echter had ik de kubus niet meer echt aangeraakt, tot vorige week.

En tot mijn verbazing bleek dat wanneer ik er niet over nadacht, ik de kubus nog steeds vlot in elkaar kon draaien, maar ik kon mijn zoon niet uitleggen wat het algoritme was.

Het algoritme zat namelijk in mijn vingers, en niet meer in mijn hoofd.

En zelfs wanneer ik mijn vingers langzamer wou laten bewegen om het algoritme te ontleden door deze draai voor draai op te schrijven dan lukte dat niet. Daarvoor gingen mijn vingers te snel. En wanneer ik het bewust langzamer wou doen dan raakte ik in de war.

Of te wel: mijn vingers hadden geleerd een bepaalde handeling op een bepaald tempo te doen: en zolang ik niet nadacht of het tempo wou aanpassen dan ging het goed. Anders niet.

Moraal van het verhaal: muscle memory is echt. Mocht je daar nog aan twijfelen.

En de vraag is nu: welke dingen zou je in je muscle memory willen stoppen?

Laat een reactie achter

Reactie