Ik hoorde laatst iemand (ik meen Joost de Vries) zeggen: “een boek dat expliciet moralistisch is, is het ergste wat er is”.
Hij gebruikt het volgende voorbeeld.
Stel je voor dat je er achter zou komen dat Patrick Bateman — de kettingzaag-moordende WallStreet maniak uit American Psycho — altijd misbruikt zou zijn, dat zou misschien een andere blik op zijn daden kunnen werpen. En het boek zou daarmee betuttelend zijn. Want een slechterik mag gewoon een slechterik zijn, zonder verklaring of uitleg.
Of stel je voor dat je leest dat Treppie (uit de roman Triomf van Marlene van Niekerk), de racist die al zijn hele leven lang zijn zus verkracht, vroeger altijd enorm in elkaar geslagen werd door zijn vader, zou je misschien anders over hem denken.
Dat willen we niet toch? Of wel?
Boeken mogen moralistisch zijn, maar nooit expliciet. Een fijn lijntje om te bewandelen als schrijver.