Na het EK van 88 (u weet wel) waren EK én WKs plotseling een ding in mijn leven geworden. Vanaf 1990 (Italië, daar zouden we wel even kampioen worden) kan ik uit het blote hoofdje elk WK land opnoemen. Vaak is dat WK gekoppeld aan bepaalde herinneringen.
Zo weet ik nog dat in 1990 iemand op school een hele gave sleutelhanger van de WK mascotte had.
En dat een Franse teamgenoot in 2001 me graag mocht plagen omdat zij regerend wereldkampioen waren (1998 Frankrijk. Wij verloren van Brazilië op strafschoppen en verloren ook de troostfinale van Kroatië).
En zo weet ik ook nog dat er op mijn eerste zelf gekochte flatscreen TV in 2005 jarenlang een sticker van het aanstaande WK zat (HD READY voor het WK 2006 in Duitsland).
Blikjes
Ook kan ik nog wel een paar WK landen van vóór 1990 bedenken. Ik verzamelde vroeger Coca Cola blikjes en voor het WK van 1994 (USA, wij verloren tegen Brazilië) had Coca Cola een speciale serie blikjes uitgebracht met daarop de finales van eerdere WKs. Op die manier werd óók ik deelgenoot van het nationale trauma van 1974 (BRD) en 1978 (Argentinie). Tussen de honderden verschillende Coca Cola blikjes die op mijn jongenskamer stonden, waren er dus twee blikjes waar ik liever niet naar keek.
In beide edities legde Nederland het af tegen het gastland en werden we een voetnoot in de geschiedenis. Niets meer dan een noodzakelijke drempeltje voor het gastland om kampioen te kunnen worden. Voor altijd vastgelegd op rood-wit gekleurd aluminium van Coca-Cola. Onderdeel van de voetbalcanon. Nederland was twee keer achter elkaar de verliezer.
Het was voor mijn tijd, maar het leed was er niet minder om.
Voeg hier een paar een Eurosport docus aan toe over deze WKs — die voor mijn gevoel in de jaren 90 altijd op repeat stonden — en het leed was compleet. (Hoe kan dat nou, wij hadden immers Cruijff!)
We moesten lang wachten op een nieuwe kans. Die kwam in 2010 (Zuid-Afrika). Hét WK van mijn generatie. Maar we werden geen kampioen.
Na een derde verloren WK finale heb ik besloten dat ik me niet meer zo zou laten meeslepen.
Relativeren
Want wat is een WK nou eigenlijk? Laten we even relativeren.
Elke vier jaar treedt een nieuwe groep van twintigers aan — soms met uitschieters tot 35, en heel soms tieners — die in een momentopname van een paar weken strijden om een prijs door achter een bal aan te hollen. En dat is het!
Over twee jaar is weer een toernooi en over vier jaar weer één. Enzovoort enzovoorts.
Voor de mensen die meespelen een belangrijk moment in hun leven, maar voor de kijker niets meer dan simpel onbelangrijk vermaak. Toch?
Het kan nu misschien belangrijk lijken, maar is het niet. Toch? Kijk maar eens hoe goed het engelse team überhaupt nog feitjes van eerdere WKs weet. Hoezo onderdeel van de canon? Hoezo geschiedenis? Coca Cola kan wel een miljard blikjes maken met feiten, maar het is opgaan, blinken, verzinken en vergeten worden. Toch?
Dus zeg gewoon tegen jezelf; het is maar voetbal. Het is maar voetbal. Het is maar voetbal. Het is maar voetbal…
Hoewel er is natuurlijk een grote kans dat we nu wél wereldkampioen worden, want dit is het WK met een enorme bijsmaak (moet je überhaupt wel kijken etc?).
En stel je voor dat we kampioen worden, misschien komen we dan zelfs wel op een blikje!