in Dagelijks, Travels

Dag 4 Het zit allemaal in je hoofd

We pakten in de ochtend de stampvolle bus voor het 7 minuten durende ritje naar de piste. De buschauffeur had er denk ik zin aan want door de speakers bleerde op standje 11 Zombie van the Cranberries. Om me heen kijkend naar de gezichten in de bus, denk ik dat ik buschauffeur iets probeerde duidelijk te maken.

Want skiën doet iets met je. En een paar dagen skiën helemaal. Je komt in een ritme, berg op, berg af, lift in, lift uit. Dag na dag. En na een tijdje weet je niet goed meer welke dag het is, of welke dag het gister was, maar je propt jezelf wel elke ochtend vroeg als een sardine in een skibus. En daar zit je dan, een sardine met een helm op en skis en stokken in de hand, strak voor je uit kijkend. Naast allemaal andere sardientjes, luisterend naar de song du jour van de buschauffeur.

Dit is één van de redenen dat ik blog. Door middel van dit publieke dagboek hou ik de dagen uit elkaar.

De kinderen gingen tijdens de ochtendles samen de berg op. F. zijn eerste keer in de stoeltjeslift. Het worden net pros. En na de les ski-den we samen het stukje naar het hotel, je hebt er bijna geen omkijken meer naar.

Na de tomatensoep met pain lunch van vol-pension Ri-janne, kwam het leukste moment van de dag. Ons hotel zit direct naast een skilift. Maar dat is niet de lift waar we moeten verzamelen voor de les. Daar moet je met de bus heen of lopend (zie eerste dag). Of: je kan de hotellift helemaal naar boven nemen en dan aan de andere kant naar beneden skiën. Dan kom je er ook.

Het was best spannend en de jongste viel een paar keer, maar op dat soort momenten is het handig dat je moeder ook een voormalig gecertificeerd skilerares is. De oudsten vonden dit het leukste tot nu toe van de vakantie.

Daarna lieten we ze weer achter bij Etienne waarmee ze die middag meerdere keren de berg op gingen. We kwamen elkaar daar een paar keer tegen.

In de avond was er graitjen. Waarbij M. een speciale techniek heeft bedacht om de uien te snijden. F. moest natuurlijk niets van het graitjen weten, die eet het liefst kale kost.

Terwijl wij op zo’n dag als vandaag de berg af sjezen, bedacht ik me dat skiën bestaat uit meerdere dingen: zoals techniek, conditie, behendigheid, maar ook vooral zelfvertrouwen. Wanneer het lekker gaat dan wil je nog harder. Terwijl wanneer je valt (wat zomaar kan door een stuk ijs bijvoorbeeld) je zelfvertrouwen in één keer weg kan zijn. En dan ga je met een bibberend beentje verder en duurt het even voordat je weer dat vertrouwen hebt. Maar misschien wou de buschauffeur dat ook wel zeggen: it’s in your hee-aaad, in your heee-ee-ee-aad.

Ik wil hier wat over zeggen!

Reactie