Ik heb — tot nu toe — ooit één president van de Verenigde Staten ontmoet: Jimmy Carter.
De 39e president van de Verenigde Staten, de president ten tijde van mijn geboorte.
Het was in 2018, bij een booksigning in een Barnes & Noble in Manhattan. De ontmoeting was kort, hooguit een paar tellen. De toen ook al frêle man — hij was 93 — moest zijn hoofd helemaal achterover kantelen om van achter de signeertafel omhoog te kijken. Ik herinner me dat hij daardoor een wat verschrikte blik had toen we oogcontact maakten, ik knikte en glimlachte, hij boog zijn hoofd, zette een krabbel en door weer.
Ik had geen idee wat je zou moeten of kunnen zeggen tegen een voormalig wereldleider. Daarnaast was het duidelijk dat dit toch ook vooral niet de bedoeling was. Er waren meer mensen die een krabbel wilden.
De jongeman, die de hele ochtend vlak naast mij in de rij had gewacht (terwijl hij op z’n iPhone NPR podcasts luisterde) had echter een klein monoloogje voorbereid.
Hij zou zich dit weekend laten dopen. En dit boek van president Carter — Faith — kwam op precies het goeie moment in zijn leven. Dit kwam er in een paar zinnen uit, naar de voormalig president. Het was endearing. De president knikte en glimlachte, misschien zei hij nog iets en zette een krabbel, waarna zijn zeer professionele team, uiterst vriendelijk, bekwaam en effectief, zoals alleen amerikanen dat kunnen, de rij door lieten stromen.
Ik knikte nog naar mijn rijgenoot, ik had gehoord wat hij zei maar wist ik ook hier niet wat ik zou kunnen zeggen. En ik durfde niet te vragen of hij het het wachten waard vond.
Ik vond het wel het wachten waard. Natuurlijk. Dat mijn vrouw ik Jimmy Carter later op diezelfde dag ook nog bij Colbert zouden zien, was een grote bonus. Want een president die over agape spreekt, waar vind je die nog?
Ik schreef er al eens over:
Vandaag is Jimmy Carter 100 jaar oud. Hij is al een tijdje uit de public eye, zeker na het overlijden van zijn vrouw, Rosalynn, maar hij is niet vergeten. Hij won in 1976 van Gerald Ford, op dezelfde manier zoals alle Amerikaanse verkiezingen inmiddels besloten lijken te worden: met een minimaal verschil.
On election day, Carter ultimately won, receiving 297 electoral votes and 50.1 percent of the popular vote, while Ford received 240 electoral votes and 48.0 percent of the popular vote.[122][122] Carter’s victory was attributed, in part,[123] to black voters overwhelmingly supporting him in states that were decided by less than 3 points, such as Ohio, Pennsylvania, Wisconsin, and Mississippi.
Wikipedia
Zijn vice-president was Walter Mondale. Als president diende Carter slechts één termijn, hierna kregen de Reaganomics het land en de wereld in haar greep. Ik fantaseer er wel eens over wanneer Carter nog een termijn langer had kunnen dienen, ik denk dat de wereld er nu dan anders had uit gezien. Misschien dat we wat meer agape zouden zien in de wereld.