in Dagelijks

Over selfies

Het zou kunnen, wanneer je goed zoekt, dat je een foto van mij vindt die geclassificeerd kan worden als een selfie. Of te wel een foto waar ik de camera dus — bewust — op mijzelf hebt gericht. Maar veel ga je er niet vinden.

Jezelf tot onderwerp maken van een medium heeft iets pervers.

Iemand merkte eens op dat in mijn blogs de persoonlijke noot vaak ontbreekt — ”maar wat vond jij er zelf nou van?” Ik denk dat dat komt omdat ik — al dan niet terecht — bang ben dat bij het over jezelf schrijven dezelfde perversiteit op de loer ligt.

Schrijven is een vorm van onthullen en ik geef gelijk toe dat de beste schrijvers vooral ook zichzelf onthullen. Maar zij onthullen veelal op een ontwapende manier, en niet de verheven manier die de selfie kenmerkt. (Overigens, of ontwapend onthullen een voorwaarde is voor goed schrijven durf ik niet te zeggen).

Bovenste paar alinea’s zijn een bewuste poging om iets persoonlijks te onthullen — mijn relatie tot selfies — en zo een tegendeel te zoeken voor de aan mij gerichte opmerking.

Maar dit alles geheel terzijde.

We zijn aanbeland in een tijd dat de selfie geaccepteerd is. Zij het met mate. Perversiteit kent grenzen. De zogenaamde acceptatie lijkt vooral een impliciet excuus te zijn om zelf óók selfies te mogen maken en te delen. Het proeft daardoor meer als een transactie dan echte acceptatie.

En hoewel de kern van alle selfies hetzelfde is — kijk mij! — zijn er grenzen aan wat geaccepteerd wordt. Een account als Howcanimakethisaboutme getuigt daarvan. En de vele likes en retweets bevestigen dat we ons graag mogen verkneukelen wanneer die grens wordt overschreden.

Ik wist niet goed wat ik met die emotie moest, het verkneukelen. Want verkneukelen is de matrijs van de emotie achter de selfie.

Maar, ik hoef er niets van te vinden. Immers? Maar toch, ook die gedachte knaagde. Het was er, het is er, en als een uitgestrekte hand lijkt het iets te vragen.

Maar wat?

Totdat ik begreep wat de selfie vroeg. Ik hoorde dat hier. In alle eenvoud werd gesteld: misschien heeft de maker van de selfie simpelweg een aai over de bol nodig.

En het is precies deze gedachte die het verkneukelen verdringt. Wanneer je de selfie door die bril gaat zien.

Dit ligt in het verlengde van de bekende filosofie van Levinas. Die stelt dat “een waardig en moreel goed mens is iemand die de ander en het appèl dat de ander op ons doet écht ziet, zonder vooringenomenheid. Zijn achterliggende gedachte: pas in relatie tot de ander komen wij als mens tot ontplooiing”.

De daad van de selfie als opdracht naar de scrollende medemens.

Zie de ander, en zie je zelf.

Dus kom maar door met die selfies.

Laat een reactie achter

Reactie