in Dagelijks

Niet uit ijdelheid

Infrarood techniek beleefde een lekker weekje. Niet alleen was het dé centrale techniek achter de fantastische James Webb beelden, maar door middel van infrarood werd er deze week óók een nieuwe van Gogh ontdekt.

Verstopt achter een reeds bekend schilderij, kon dit zelfportret van de meest beroemde schilder ooit zich na ongeveer honderdvijftig jaar niet meer verschuilen voor de moderne allesziende infrarood scanners.

In beide gevallen gaf de infrarood techniek ons nieuwe ogen om iets dat er altijd al was, beter te kunnen zien.

In alle berichtgeving over de van Gogh vielen drie woorden me het meest op. Uit het NOS journaal, waar de verslaggever zei:

“Van Gogh schilderde zichzelf vijfendertig keer — niet uit ijdelheid, maar om te oefenen.”

Niet.uit.ijdelheid.

Het is maar goed dat dit er bij gezegd wordt, voor de gemiddelde instagrammer die vijfendertig selfies per dag maakt en zich niet kan voorstellen waarom je geen plaatje van jezelf zou willen.

Op een totaal van 900 schilderijen die van Gogh produceerde is een getal van 35 zelfportretten niet heel hoog.

Er zijn een aantal redenen te bedenken waarom van Gogh over een zelfportret heen zou schilderden. En allemaal zullen ze een beetje waar zijn.

Enerzijds was het waarschijnlijk uit pure armoede. Of misschien begreep van Gogh het principe van de pottenbakker. Of misschien vond hij het helemaal geen goed schilderij — het was tenslotte een oefening — en schilderde hij er daarom overheen. Of — wie zal het zeggen– misschien hoefde hij niet zo nodig naar hemzelf te kijken.

Maar wat de reden ook was, terwijl wij tegenwoordig het zelfportret van de schilder juist uitermate interessant vinden, vond van Gogh dat zelf blijkbaar niet, die keek liever naar buiten, dan naar binnen.

En als we niet oppassen dan staren wij ons nog blind, omdat we vooral de schilder willen zien die iets zag en niet meer willen zien wat de schilder zag.

Ik wil hier wat over zeggen!

Reactie